JOHAN VAN GRINSVEN

Wederopbouwmonumenten

Tilburg wordt een echte wederopbouwmonumentenstad. Alleen al om het woord moet je het willen zijn, maar dat terzijde. Op 18 maart brengt de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed een (tweede) advies uit over waardevolle en kenmerkende panden en ander erfgoed uit de naoorlogse periode. Het eerste advies ging over de periode 1945-1958, het komende over het tijdvak 1959-1965. En het ziet er naar uit dat Tilburg goed vertegenwoordigd zal zijn op die nieuwe nationale lijst van wederopbouwmonumenten: met vier panden en dat is op een totaal van honderd een achtenswaardige score. Het gaat om de schouwburg, de universiteit, het centraal station en de kapel Onze Lieve Vrouwe ter Nood in het centrum van de stad. En dat is nog maar het topje van de ijsberg in Tilburg, menen mensen die er voor doorgeleerd hebben. Mijn collega Toine van Berkel zette mij op het spoor van twee deskundigen op dit gebied. Een derde ken ik al langer dan vandaag (of gisteren): Ronald Peeters van onder meer Stadsmuseum Tilburg en Het Geheugen van Tilburg. Als geen ander kleurt hij de historie van Tilburg in en dat al vele, vele jaren lang.
Mijn verhaal over wederopbouwmonumentenstad Tilburg staat in de Tilburgse editie van het Brabants Dagblad van zaterdag 16 februari.

Wat die landelijke erkenning Tilburg gaat brengen, is nog volstrekt onbekend…