JOHAN VAN GRINSVEN

Journalistiek hoogtij

Misschien waren de jaren negentig wel de mooiste journalistieke jaren. Geen verzuiling meer, de politieke of religieuze kleur van veel kranten was vervaagd en ook autoriteitenvrees was vervlogen. Het Nieuwsblad in Tilburg was onderdeel van VNU Dagbladengroep, met onder meer De Stem, Brabants Dagblad en Eindhovens Dagblad. Er werd geld verdiend én uitgegeven in de wereld van de gedrukte media. De kranten hadden mensen en pagina’s genoeg. En een hoop gepassioneerde specialisten. Journalisten mochten hun vleugels uitslaan en hoefden slechts te werken voor de papieren krant, niet voor internet, apps of andere platforms. En dat leverde prachtige producties op! Ook toen: vrij van commerciële invloed.
Hoe ik hier op kom? Vanwege enkele dozen die lang verborgen stonden achter een zolderschot. Daarin zaten oude kranten. Daardoor zijn alle trends uit de jaren negentig weer voorbijgekomen. Ze stonden in de toenmalige bijlage Vrijdag die in Het Nieuwsblad, Brabants Dagblad, Eindhovens Dagblad en Helmonds Dagblad verscheen. Uit die dozen kwamen ook oude reis- en woonbijlagen (met veel bijdragen van Paul Geerts !) tevoorschijn.
Er kon en mocht veel in die jaren. Zo was Henk van Weert voor de VNU-consumentenredactie in Sarawak, Jan Meulemeesters in Bahia, Kirsten Rietbergen (toen Poorta) in Boston, Maarten van de Rakt op de Seychellen, Dick Bekamp in Denemarken, Jan Ligthart op Hawaii, Arnold Mandemaker reisde per taxi door Tunesië, Ilse Reeuwijk kreeg het Alberto Tomba-gevoel op carve-ski’s, Jessica Maas keek rond op La Gomera, John Bruinsma voelde het hart van de wereld kloppen in de Amazone, Wouter ter Haar peddelde langs wuivende korenvelden in Zwitserland, René van der Velden was in Nova Scotia en Hans van Alebeek camperde zich een weg door Canada. En dat is nog maar een kleine greep uit de vele reisverhalen die toen de kranten haalden.
Ook mijn vriend Lauran Wijffels schreef zijn vingers blauw voor de pagina’s Reizen, onder meer over Oudenbosch, Zuid-Afrika, een wildwaterbaan door het tropisch regenwoud van Costa Rica en De Merode.
Lange verhalen waren in die tijd ook echt lange verhalen: bijna een hele pagina in een tijd dat de krant nog op het zogeheten broadsheet werd gedrukt. Twee van de huidige tabloidpagina’s waren toen één ‘gewone’ pagina.
Een van de beste reisjournalisten van Nederland, Hans Avontuur, schreef in die tijd ook voor de VNU-kranten. Onder meer over de Amsterdam Arena, Colditz, rippen in Avoriaz, Middelburg (Waar Keesje de Duivel zijn bloed liet koken), Korfoe, Leuven, Yorkshire Dales (De schoonheid van soberte), toeren op de motor door de laars van Henegouwen en langs de Schelde. Bijzonder waren ook de bijdragen uit Amerika van mijn geëmigreerde collega Niels Swinkels, onder meer over Farmer’s Market, de alien rage, Dr. Spock en ‘de keiharde wereld van knuffelbeestjes’. In retrospectief lijkt het alsof alles kon in die periode.
Opnieuw heb ik genoten van de ontelbare verhalen van mijn goede collega’s van toen: Jetty Ferwerda en Nico Koolsbergen. Wat die allemaal getikt hebben!!! Nico deinsde nergens voor terug; hij schreef verhalen over luxe jachten, Hong Kong, de Grand Canyon, Ijsland (‘Heimaey, een hoekje in Gods werkplaats’ en Levensgevaar op de Snaefells), Umbrië, maar ook over een frietje Suske en Wiske, de pannenkoek of de Pritt-stift. Tussendoor vond hij tijd om met Anna door de Sinaï te trekken, een gele duik in de Rode Zee te nemen en al whisky drinkend door Schotland te toeren. Wat hadden we het zwaar in die jaren…
Moderedactrice Jetty Ferwerda was ook al zo’n omnivoor, die schreef over haute couture, badmode, zonnebrillen, trends, maar even gemakkelijk over de jacht op roze geld, housemuziek, paardrijden in het hooggebergte van de Pyreneeën, Planet Hollywood (De hamburgers van Sylvester Stallone) of ze ging picknicken met Macbeth in Cornwall.

Mag je dit als journalist de goede oude tijd noemen??